09 03 2014
Via HLN.be
Opnieuw moet ons land afscheid nemen van een kunsticoon. Operagrootheid Gerard Mortier is vannacht overleden. Mortier is 70 geworden.
Baron Gerard Mortier was een internationale artistieke topmanager in de operawereld. Hij werd beschouwd als een durver en een vernieuwer.
Zijn eerste opera-ervaring doet hij op als assistent van de directeur van het Festival van Vlaanderen, Jan Briers. In de jaren 70 is hij artistiek directeur in verschillende opera's: in Düsseldorf (1972-73), Hamburg (1973-77), Frankfurt (1977-79) en Parijs (1979-81).
Maar vooral in de jaren 80 verwerft Mortier wereldfaam als opera-intendant van de Munt te Brussel, omwille van het vernieuwende programma dat hij er uitbouwt. "Hij deed dat door de vernieuwingen in het gesproken theater toe te passen op opera", betoogden de professoren Katia Segers (VUB) en Francis Maes (UGent) onlangs in De Morgen. "Hij ontwikkelde daarbij een unieke formule, waarbij hij de dramaturgische, kritische lezing van klassieke meesterwerken een esthetisch uitzicht heeft gegeven. Hij haalde hiervoor de grote Duitse en Franse scenografen en regisseurs naar Brussel. Die formule sloeg aan bij het publiek, dat leerde nadenken over de stukken, maar ook een verbluffende nieuwe esthetiek te zien kreeg."
Controverses In 1992 wordt hij manager en artistiek directeur van de Salzburger Festspiele. De radicale ommezwaai van het programma daar zorgt geregeld voor controverses. Bij zijn afscheid laten tegenstanders in een plaatselijke krant een paginagrote doodsbrief van Mortier afdrukken.
Van 2002 tot 2004 is Mortier de eerste intendant van de RuhrTriennale, een nieuw muziekproject dat het Ruhrgebied een cultureel élan moet geven. In juli 2004 volgt Mortier Hugues Gall op als directeur van de Opéra National de Paris.
Madrid Vanaf september 2009 zou Mortier normaal gezien als artistiek en algemeen directeur de New York City Opera leiden. Maar nog voor zijn start daar, op 7 november 2008, dient hij evenwel al zijn ontslag in, wanneer duidelijk wordt dat de vooraf toegezegde budgetten in 2009 niet beschikbaar zouden zijn.
In september 2010 belandt Mortier in het Teatro Real in Madrid, met een contract tot 2016, maar hij wordt daar in september 2013 ontslagen als artistiek directeur waarna hij - na een stevige rel - voor een jaar als adviseur werd aangesteld.
Lof en kritiek Tijdens zijn loopbaan kreeg Mortier tal van eerbewijzen, onder andere een eredoctoraat van de universiteiten van Antwerpen en Salzburg, en in februari 2005 de Prijs van de Vlaamse Gemeenschap voor Algemene Culturele Verdienste 2004 voor zijn hele oeuvre. Daarnaast is hij ook lid van de Akademie der Künste in Berlijn.
De verwezenlijkingen van Mortier zijn indrukwekkend te noemen, maar hebben ook een keerzijde. Zo zeggen Segers en Maes dat Mortiers uitgesproken visie op het repertoire heeft geleid tot het inkrimpen ervan tot enkele onvergankelijke meesterwerken. "Alleen die werken die de fundamentele mythen van onze cultuur belichamen (Don Giovanni, Saint-François d'Assise) hadden volgens hem recht op overleven, terwijl hij componisten als Puccini onomwonden naar de prullenmand van de geschiedenis verwijst."
In zijn vooruitstrevendheid had Mortier ook minder aandacht voor management, planning en ondernemerschap, kerncompetenties voor de hedendaagse cultuurmanagers. "Doorheen zijn carrière valt een merkwaardige systematiek op in de destructie die hij tentoonspreidt bij het verlaten van het fantastische werk dat hij eerst opbouwde."
Kanker Bij Gerard Mortier werd in de zomer van 2013 een agressieve vorm van kanker vastgesteld. "Het nieuws dat ik ziek was, was een schok", zei hij daarover eind vorig jaar in De Morgen. "In een uur tijd verandert je leven en dat heb ik dan in zes maanden omgevormd. Ik werd gedwongen bewust met de dood bezig te zijn, iets wat we eigenlijk niet doen. We verdringen dat en dat is menselijk, maar het is niet goed. Zelfs Seneca was er al mee bezig. Maar door onze katholieke opvoeding die zei dat de dood de overgang is naar een beloning of bestraffing, zijn we bang. Maar ik ben een aanhanger van het stoïcisme en het epicurisme, en dus bezorgt de dood mij geen angst." |